Bijwerkingen op korte termijn. Zij helpen u graag. Mogelijke bijwerkingen. De vorm en grootte van de blaas kan namelijk van dag tot dag behoorlijk variëren. Bestraling kan leiden tot bijwerkingen. Bij de eerste bestraling legt een radiotherapeutisch laborant u uit wat er gaat gebeuren. Ook mag u voor de scan en de bestraling niet plassen. De blaas moet namelijk vol zijn. Na het beëindigen van de behandeling kunnen deze klachten nog enkele weken tot maanden aanhouden. De radiotherapeut-oncoloog zorgt ervoor dat de toegediende dosis en het bestraalde volume zodanig worden berekend dat er zo weinig mogelijk schade wordt berokkend aan gezonde weefsels en organen. Uitwendige bestraling heeft ook nadelige effecten: De straling beschadigt kankercellen, maar ook gezonde cellen. De komende jaren wordt u regelmatig onderzocht. Radiotherapie (bestraling) speelt een belangrijke rol bij de behandeling van patiënten met kanker in het onderste deel van de bekken. Zowat de helft van de patiënten die uitwendige bestraling ondergaan, heeft na 2 jaar last van erectieproblemen. Voorkomen lucht in de darmen. Ook kunnen er darmklachten ontstaan en vermoeidheid. Wij adviseren dat u 1 uur voor de behandeling voor het laatst naar het toilet gaat en daarna nog 2 glazen water drinkt. Schroom niet om uw problemen aan hen voor te leggen. Radioactieve stralen worden op een specifiek punt in het lichaam gericht om kwaadaardige kankercellen te vernietigen. Op deze manier worden de darmen en de blaas uit het bestralingsveld geduwd en krijgen ze minder stralingsdosis. Om de bijwerkingen bij bestraling van de endeldarm zo laag mogelijk te houden is het belangrijk dat de blaas voldoende is gevuld. Voorbereiding CT-scan: Wanneer u bestraald gaat worden voor endeldarmkanker is het belangrijk dat u goed voorbereid bent voor dit onderzoek. Vervolgens begeleidt de MBB'er u naar de bestralingsruimte. Ook de blaas zelf komt zo voor een groter deel buiten het bestralingsgebied te liggen. Hierdoor krijgt u minder bijwerkingen. Mogelijke bijwerkingen van bestraling. Zo kan iemand die rond de keel bestraald wordt klachten als een droge mond krijgen. In de folder "Radiotherapie bij blaaskanker" vindt u meer informatie over de eventuele bijwerkingen bij bestraling van de blaas. Tijdens de CT-scan en de bestralingen moet de blaas van de patiënt leeg zijn. Patiënteninformatie vll 070/1102 1 De straling kan ook gezonde cellen in de buurt van de blaas beschadigen. Irritatie van blaas en plasbuis; Irritatie van de darm; Bijwerkingen die later optreden: Naast de bijwerkingen die tijdens en kort na de bestraling optreden, kan de bestralingsbehandeling ook bijwerkingen geven die pas maanden tot jaren later duidelijk worden. Dankzij radiotherapie genezen de meeste patiënten. CT-scan zelf De houding is bij het maken van de CT-scan van primordiaal belang. Vóór iedere bestraling meldt u zich bij de receptie. De bestraling zelf duurt minder dan 10 minuten. Vaak zijn de bijwerkingen op de behandeling direct na de laatste bestraling het meest merkbaar. De duur van de bestralingsperiode is afhankelijk van de situatie van de patiënt en het behandeldoel. In dit overzicht verschijnen binnenkort de bestraling van een gedeelte van de borst en de palliatieve bestraling. Meer informatie. Tijdens de bestraling of in de weken daarna kunnen klachten ontstaan. Bijwerkingen van bestraling. Deze bestraling is gericht op het bovenste gedeelte van de vagina. Bij inwendige bestraling krijgt u meerdere keren een dosis straling in de blaaskanker. De radiotherapeut bespreekt met u hoe u het best kunt omgaan met de bijwerkingen en schrijft, indien nodig, medicijnen voor om de klachten te verminderen. Ongeveer 8 weken na de laatste bestraling zal er door de uroloog in de blaas gekeken worden om het uiteindelijke effect te beoordelen. Bij de eerste bestraling legt de radiotherapeutisch laborant uit wat er gaat gebeuren. Welke bijwerkingen ontstaan en hoeveel last u krijgt, staat vooraf niet vast. Wat zijn de mogelijke bijwerkingen? Bijwerkingen van de bestraling nemen niet direct af na de laatste bestraling. Radiotherapie kan zowel buiten het lichaam (uitwendig) als via bepaalde instrumenten binnen in het lichaam (inwendig) worden toegediend. Bijwerkingen bij bestraling bij prostaatkanker Vermoeidheid is een bijwerking die regelmatig voorkomt. Dit terwijl het omliggende gezonde weefsel veel minder straling krijgt, waardoor er minder bijwerkingen ontstaan. De bestraling van de lege blaas Vóór iedere bestraling meldt u zich bij de receptie. Dit laatste noemen we late bestralingsschade. De volgende klachten kunnen optreden: Bestraling leidt tot vermoeidheid. Hierdoor kunt u ook last krijgen van bijwerkingen. Zoals cellen van de darmen en van de blaas. Zo heeft u minder kans op bijwerkingen voor uw blaas. Als u het prettig vindt, kunt u tijdens de eerste bestraling iemand meenemen. Van de bestralingen zelf voelen patiënten niets. Plaatselijke bijwerkingen van bestraling. Deze zijn over het algemeen goed te verdragen en te behandelen. Dit laatste noemen we late bestralingsschade. Bestraling kan zorgen voor verschillende bijwerkingen. De bestraling van de volle blaas. De huid: Op de plaats waar uw huid bestraald wordt kan de huid geïrriteerd raken. Een MBB'er haalt u op uit de wachtkamer en informeert u nogmaals kort over de bestraling. Van welke bijwerkingen u last kunt krijgen, hangt sterk samen met het bestraalde gebied. Het aantal bestralingen varieert van 36 tot 38 keer. Bij de bestraling van de blaas zullen andere plasklachten ontstaan dan er misschien al zijn. Hoewel deze het vermogen hebben om te herstellen, kan deze schade wel bepaalde bijwerkingen veroorzaken. Een nauwkeuriger bestraling – een min of meer gelijke blaasvulling draagt bij aan de nauwkeurigheid van de bestralingen. De herstelperiode duurt ongeveer net zo lang als de totale duur van de bestralingsbehandeling. Deze instructie dient de patiënt nauwgezet op te volgen bij het maken van de CT-scan en bij alle bestralingen om zo weinig mogelijk last van bijwerkingen te krijgen. Ongewild urineverlies komt bij radiotherapie amper voor. Na afloop van de behandeling zijn er afwisselend controles bij zowel de uroloog en de arts op de afdeling Radiotherapie. Een pijnlijk of branderig gevoel in de blaas en plasbuis. Dit kan zorgen voor bijwerkingen. Informatiepagina bestraling blaas, afdeling Radiotherapie, Erasmus MC Kanker Instituut Tijdens en na de bestralingsperiode kunnen er wel bijwerkingen ontstaan. Moeite hebben om de urine op te houden. Het gebruik van goudmarkers verkleint de kans op bestraling van de blaas en het rectum. Dat is afhankelijk van de plaats van de bestraling en de hoeveelheid straling. Daarnaast moet u uw huid niet extra irriteren. Bestraling kan zorgen voor verschillende bijwerkingen. Lees meer over prostaatkanker. Vroege bijwerkingen. Minder kans op bijwerkingen – bij een gevulde blaas wordt een kleiner deel van de blaas mee-bestraald, met als resultaat minder irritaties van de blaaswand. U doet eerst de voorbereiding van de endeldarm en dan van de blaas. Bij de bestraling van prostaatkanker moeten we altijd de stralingsdosis afwegen. Bij uitwendige bestraling gaat radioactieve straling door de huid heen naar de blaas en vernietigt de kankercellen. Dat spreekt eigenlijk voor zich. Bijwerkingen Tijdens de behandeling met BCG kunt u last krijgen van bijwerkingen. Meerdere bestralingsplannen. Wanneer radiotherapie of bestraling wordt gestart, kunnen ze door de onaangename bijwerkingen echter volledig van de kaart zijn. Verminderde eetlust. Helaas is het nauwelijks te voorkomen dat ook gezonde cellen schade oplopen door de bestraling. Bijwerkingen . 3 Bekende bijwerkingen zijn: Vaker aandrang om te plassen. Bijwerkingen uitwendige bestraling. Deze dient hetzelfde te zijn als later tijdens de bestraling. We raden u aan om zolang dat mogelijk is uw normale dagritme aan te houden en uw conditie op peil te houden. Deze afspraak is bedoeld om te controleren of de acute bijwerkingen zijn genezen en om eventuele vragen te beantwoorden. De bijwerkingen kunnen per persoon verschillend zijn. In het bijzonder bij patiënten met prostaatkanker, baarmoederhalskanker, blaaskanker en darmkanker. Bij uitwendige bestraling bestaat er 2 tot 3 jaar na de behandeling kans op spontane bloedingen uit de darm of de blaas. Wij verzoeken u om voor iedere bestraling naar het toilet te gaan en zoveel mogelijk uit te plassen. Nevenwerkingen Normale bijwerkingen. Artsen maken deze afweging tussen de voor- en nadelen van een hogere dosis en leggen dit vast in behandelprotocollen. Wij verzoeken u om thuis één uur van te voren naar het toilet te gaan om te plassen en zo mogelijk voor ontlasting te zorgen. Er … Deze kunnen kort na de behandeling optreden, maar ook pas maanden of zelfs jaren later ontstaan. Geprobeerd wordt om de bestraling zo gericht mogelijk toe te passen om zo gezonde cellen te sparen maar er gaan helaas altijd gezonde cellen kapot. Acute bijwerkingen ontstaan meestal twee tot drie weken na de start van de behandeling en nemen in de loop van de behandeling toe. Bestraling kan sommige gezonde cellen in de buurt van de kankercellen beschadigen. Bovendien verschillen de bijwerkingen van radiotherapie niet alleen per patiënt, maar ook per gebied wat bestraald wordt. Iedere patiënt reageert anders op de bestraling. Bijwerkingen bestraling Verloop in de tijd • Acute bijwerkingen en late bijwerkingen • < 3 mnd vs. na 3-6 mnd 2 weken na start RT Piek 2-3 weken na laatste RT . 3-6 mnd na einde RT . Welke late bijwerkingen kunnen optreden? bestraling; inwendige bestraling (brachytherapie) warmtebehandeling (hyperthermie) robotbestraling (cyberknife) Informatie over bestralingen vindt u door op onderstaande link te klikken. De straling vernietigt de kankercellen. De inwendige bestraling heeft als voordeel dat er heel plaatselijk bestraling gegeven kan worden. Deze kunnen kort na de behandeling optreden, maar ook pas maanden of zelfs jaren later ontstaan. Als u het prettig vindt, kunt u tijdens de eerste bestraling iemand meenemen. Zo zorgt u ervoor dat uw blaas tijdens de bestraling gevuld is. Voor bestraling van de blaas doorloopt de patiënt bij het ZRTI de zeven stappen van de behandelroute. Meld u bij de balie op de afdeling Radiotherapie voor de eerste bestraling. De bestralingsdeskundigen die u tijdens uw bestraling helpen kunnen u adviseren hoe daar mee om te gaan. Deze effecten verschillen van persoon tot persoon Spaanse link), maar de meestvoorkomende klachten zijn: Huidproblemen zoals droogheid, jeuk of schilfering, evenals de … Een volle blaas helpt uw dunne darm uit het bestralingsgebied te drukken. Hoe meer straling, hoe meer kans op genezing, maar ook hoe meer kans op blijvende ernstige bijwerkingen. Dit kan zorgen voor bijwerkingen. Het ontstaan van andere bijwerkingen hangt af van de plaats van het bestralingsgebied. Er komt met de urine wat bloed of weefseldeeltjes mee. Voor deze behandeling is het van belang dat u een (matig) gevulde blaas heeft. Als u tussen twee controles in ongerust bent of klachten heeft, belt u dan gerust voor het maken van een extra controleafspraak. Bijwerkingen vinden meestal plaats op de plekken waar u wordt bestraald. Daardoor is het moeilijk te voorspellen hoe iemand reageert op de behandeling. Deze kunnen kort na de behandeling optreden, maar ook pas maanden of zelfs jaren later ontstaan. De keerzijde hiervan is dat ook gezond weefsel bestraling krijgt waardoor bijwerkingen kunnen optreden. Om er toch zeker van te zijn dat de tumor voldoende bestraling krijgt, wordt traditioneel gebruik gemaakt van een extra marge rondom het gebied dat bestraald wordt. Onderstaande bijwerkingen kunnen zich voordoen: blaasklachten Bij de bestraling van de prostaat krijgt een klein deel van uw blaas en een gedeelte van uw plasbuis bijna dezelfde stralendosis als de prostaat, waardoor u blaasklachten kunt krijgen.